vrijdag 9 oktober 2009
Oktoberfeesten
illustratie: Louis Radstaak
Uit het nabije Duitsland zijn ooit de oktoberfeesten overgewaaid, dit weekend gaat het 'los' in het zwaar concurrerende 'Cafe De Radstake' met Heino, de hoogblonde laag zingende en slechtziende 'Schlagerprinz'. De waard moet met lede ogen en dito zaal aanzien dat het volk naar de verre Achterhoek trekt voor bier en 'brommers kiek'n'. Toch is er een lichtpuntje in het donkere café aan het stille kanaal: een nieuwe jukebox, besteld in China. Ze maken daar alles (na) en je kunt krijgen zoals je het hebben wilt. Dus staat daar nu een fonkelnieuwe Hein-o-la, gevuld met meezingers van de bekende tekstdichter Bastiaan Hiele. Vergenoegd bekijkt de waard het muziekmeubel en duwt een euro door de sleuf. Heino komt tot leven, de bassen dreunen, de hoge tonen snerpen, voorbijgangers kijken bevreemd naar de zware gestalte met bierbuik die zowaar met enige elegantie door het etablissement beweegt. De meeuwen aan de waterkant zijn opgeschrikt en een eind verder neergestreken in het avondlicht. De waard neuriet "Altijd oktober, altijd bladeren, altijd dit lege hart" en deint door de gelagkamer met een glaasje jenever in zijn morsige vingers en een weemoedige blik in zijn waterige ogen. Een passant mompelt: "De woard kump thuus!".
woensdag 7 oktober 2009
Oranjebitter
maandag 5 oktober 2009
De reis van de Beagle
zaterdag 22 augustus 2009
De waard droomt
Er kwamen karren aan, met paarden ervoor en zingende boeren erop. Hij wilde een lift, terug naar de stad. Een boer zong een lied in gebroken Nederlands, over de deugden van de vrouw, maar ook haar ondeugden. Hij luisterde er glimlachend naar, terwijl hij tussen de karren voortsjokte met een zware linnen zak die over zijn schouder hing. De zak stond bol van paperassen, zoals de dichter Chlebnikov bij zich had op zijn zwerftochten door Rusland.
Terug in de stad nam hij een baantje als sorteerder van bakstenen en bezag trots een groeiende stapel rode stenen. Waar die toe dienden was onduidelijk, er kwamen geen afnemers en de stapel groeide uit tot een berg. In een kiosk om de hoek zag hij een affiche met een afbeelding van een figuur met een pestmasker, achter hem een middeleeuws tafereel. Het was een aankondiging voor het Chlebnikov Carnaval in Kessel-Lo, bij Leuven. Hij hield op met stenen stapelen en ging op weg, naar België.
In de verte meende hij al de onbegrijpelijke 'Phonetische Poëzie' van Chlebnikov te horen: Ora Smetis, Ora Smetis...
maandag 6 juli 2009
'Caféracerdag'
Zondag 5 juli 2009 snorde de morsige waard op zijn Kreidler van Kleindochteren naar Achterveld, een plaatsje bij Barneveld. Hij wou dat wel eens meemaken, zo'n samenscholing van oude rockers met hun meest Britse motorfietsen, of zoals de speaker zei: "van Engelse makelaardij".
Hij zag bij aankomst een demonstratie van hoe te arriveren bij het café: Iets te hard aan komen rijden, even wachten op aanwijzingen van de steward, het aangereikte kunststoftegeltje (tegen het wegzakken in het grasveld op de 'jiffy') tussen de kaken klemmen en een kort sprintje trekken naar de parkeerplaats.
De plek waar de deugnieten hun trots parkeerden was bij zaal 'De Moespot', in het Nedersaksisch bekend als een pan boerenkool. Maar voor dat heerlijke gerecht was het te warm, de bikers en hun dames konden hun tattoo's eens goed laten zien. Ook de motoren mochten er zijn, de waard stond soms te likkebaarden. Hij herkende een drietal klassieken die hij zelf ooit bezat en bekeek met gemengde gevoelens zijn fletse spiegelbeeld in een glanzende benzinetank. Onlangs had hij eens geteld en gewogen welke hij allemaal had bezeten van het magische fenomeen motorfiets, na Pegasus het begeerlijkste paard voor een dichter. Hij kwam tot veertien stuks en rangschikte ze enigszins op rijm tot de klaagzang 'Trial and Error'.
Geamuseerd liep hij rond te 'kieken' bij de machines, snoof de geur van hamburgers en uitlaatgassen op en merkte weer hoe goed de sfeer is onder motorliefhebbers.
Na het uitreiken van de trofee voor de mooiste 'Wankel'motorfiets brak de samenscholing op en brulde de straat uit, zich verspreidend over de mooie stuurweggetjes rond Achterveld. De waard besteeg zijn brommer en nam de langste weg naar huis. In Voorst bij Zutphen bekeek hij even zorgelijk de houten bouwval van 'Stationskoffiehuis Radstaake'. "Het is moeilijk in de horeca", zei hij tegen niemand in het bijzonder. Even later zag hij een hele groep oude nozems op hun Kreidlers, de meesten met een wit snorretje. Klik hier voor details van deze dag
donderdag 18 juni 2009
"Daai is rerig so beautiful..."
Gert Vlok Nel in Hengelo (O.)
Woensdag 17 juni 2009 was een zwoele dag waarop de waard van het café aan het Twentekanaal besloot naar het Rabotheater in Hengelo (O.) te gaan. Hij had zich in zijn beste pak gehesen, maar om zich heen kijkend bemerkte hij dat hij uit de toon viel bij de 'casual' geklede medemensen in de trein. Op het programma stonden Breyten Breytenbach en andere dichters, maar de waard kwam voor Gert Vlok Nel, de kleine bard uit Zuid-Afrika. Verlegen en introvert stond Gert op het podium, ook zijn gitaar was klein. Zijn repertoire is muzikaal niet spectaculair, maar wat een indringende manier van zingen! Hij lijkt voor zich zelf heen te neuriën op een gammele bank in een warme nacht over de pijn van het leven en de liefde die hem ontglipt in het verscheurde land. De waard hield zich groot, maar de tranen brandden achter zijn ogen, tot na het concert. In de lauwe avond nam hij een Duvel op het theater terras en staarde naar de hemel, het was nog steeds een beetje licht. In zijn vochtige ooghoeken zag hij Breyten die veel omhelsde en omhelsd werd. Gert was nergens te zien. De hemel beware dat hij ooit gelukkig wordt en zijn tranen en poëzie opdrogen, bedacht de waard voordat hij kordaat naar het station liep voor zijn trein, ook een motief in het werk van Gert Vlok Nel.
De volgende dag zag de groezelige uitbater van het scheefgezakte café op zijn oude computer deze mooie regel commentaar bij een filmpje op YouTube:
"Daai is rerig so beautiful, dit breek my, elke keer weer."
vrijdag 5 juni 2009
Vlag van Nunavut
De vlag bestaat uit een geel-wit veld met daarop een rode Inuit-mijlpaal en een blauwe ster. De kleuren symboliseren de rijkdommen van het land, de zee en de lucht. De blauwe ster is Niqirtsuituq, de Poolster en symboliseert ook het leiderschap van de ouderen. De uitbater van Café Radstaak vindt het een mooie vlag, de mijlpaal van stenen in de vorm van een menselijke figuur ontroert hem. Ze hebben daar vast veel café's, er is veel alcoholisme onder de Inuit, zoals de Eskimo's zichzelf noemen. Nunavut betekent 'ons land', het wordt druk bezocht door wetenschappers op zoek naar olie en andere rijkdommen. Enkelen van hun vonden in 2007 bij toeval de resten van een voorouder van de zeehond, zoals die al door Darwin voorspeld was. Zijn naam werd toegevoegd aan die van 'jong zeezoogdier' in het Inuktitut: 'Puijila'. Zou het een leuke hond geweest zijn voor een cafébaas daarginds? En zou Heineken daar ook het bier bezorgen? De waard zucht en toetst met zijn vettige vingers een nummer op de jukebox: 'The blizzard' van Eskimo and Sons.
Abonneren op:
Posts (Atom)
Schnee
Op 29 november viel er Schnee op de 'Olde Kamp' in Kleindochteren, waar alweer niemand opdook voor een glas oude jenever, waarmee ...
-
In Markelo (Ov.) staat deze Rietveldstoel. Gerrit Rietveld bouwde er 6 vakantiehuisjes, één ervan is te zien in het Openluchtmuseum Arnhem...
-
foto: Louis Radstaak Gedreven door honger en belaagd door de regen belandde de Morsige Waard op zijn omzwervingen in café 'De Moespo...
-
Het stond buiten Lochem aan de weg naar Goor, dit tankstation van brandstoffenhandel OK. Twee cursieve kapitalen met schreven, vol benzin...